Week 12: Van Candemil naar de Faro Corrubedo
Maandag 24 juli 2023
Lekker geslapen tot 07:30 en klaar met ontbijten om 08:30 uur. Tijd om de dag te starten. Ik wil weer terug rijden richting N222. Zodra ik die bereikt heb maak ik een klein bochtje zuidwaarts naar de Arouca 516-brug. Eén van de langste (voetgangers) hangbruggen ter wereld.
De dag start vandaag fris en zwaar bewolkt. Dat betekent dat ik min of meer in de mist wakker geworden ben. De rit naar de hangbrug zal voor een groot deel nog via de mooie N15 gaan, 68 km, en ongeveer 1:37 uur volgens Google.
Je passeert de stad Amarante aan de rivier Tâmega, de langste zijarm van de Douro. Een kleurrijk stadje dat de moeite is om aan te doen.
Naast de São Gonçalo kerk en de Igreja de São Domingos, direct over de ponta de Sao Goncalo, leuke pittoreske huisjes
En gezellige straatjes om doorheen te slenteren.
Rond 11:00 uur ben ik alvast aan een vroege lunch begonnen. Ik heb de N15 verlaten en zit momenteel op de N210 langs de rio Ovelha, waar ik een mooi uitzicht had op de ponte Ferroviaria do Tâmega over de rio Tâmega.
Via de N211-2 kon ik op de N642 deze foto maken van de Douro vallei.
De Barragem do Carrapatelo is een fascinerend bouwwerk om even bij stil te staan.
En dat bedoel ik letterlijk. Het duurt dik een kwartier voordat de 35 meter diepe sluis zich vult.
Waarna je er aan de andere zijde weer uit kan varen de Douro op.
Op de CM1035 krijg je meerdere mooie uitzichten te zien over de vallei.
Uiteindelijk zie je dan in de verte de brug hangen.
Ik heb een mooie overnachtingsplek gevonden op de parking van de brug. Ook nog een dingetje trouwens. De ticket verkoop is uitsluitend via internet en zeer gelimiteerd. Dat wil zeggen dat er maar enkele groepen per dag worden toegelaten. De website liet zien dat er enkel nog voor de groep van 08:30 uur gereserveerd kon worden, dus het leek mij verstandig om eerst maar eens op verkenning uit te gaan hoe ik er kan geraken. Per slot van rekening moet ik mijn kilometertjes nog lopen voor vandaag.
In tegenstelling tot de recensies viel de route naar de ingang 100% mee. En wat schets mijn verbazing… de ingang was dicht en op slot. Maar de uitgang stond open en had geen slot. Tsja, sorry… het was sterker dan mezelf.
Onder het mom, alles voor de mooie foto, ben ik even naar binnen geslopen. Ik kon dan weliswaar de brug niet op, maar kon nog wel wat plaatjes schieten van de kloof en zijn waterval.
Een waterval die niet meer was dan naar beneden stromend water. Dus niet zo spectaculair als verwacht.
Er loopt wel een mooie vlonderroute van een paar kilometer door de kloof. Maar ik vind eerlijk gezegd dat online ticketverkoop van de Portugezen ondoorzichtig en niet echt veilig. Geen QR code mogelijkheid. Enkel de basic Visa methode.
Laat ik eerlijk zijn. Mij te veel werk om er tijd aan te besteden. Morgen gaan we verder de N222 volgen. Ik vind het kijken naar deze vergezichten leuker dan een wandeling over een brug.
Dinsdag 25 juli 2023
De dag begint met een strak blauwe hemel. Het is zo’n 19 graden, dus behaaglijk voor de vroege morgen. De route leidt naar Castelo de Paiva Sobrado. Daar wil ik weer de N222 oprijden en hem afrijden totdat de Douro in zee verdwijnt.
Rijdende op de N222 krijg je al snel de Rio Douro in het vizier. Met hier op de foto het plaatsje Areja op de achtergrond en links, nog net een stukje Praias Fluviais Pedorido zichtbaar.
Vanaf het uitzichtpunt Mirador de La Bercos heb je een mooi doorkijkje over de Douro met in de verte de brug van de IC24/A41 snelweg. Rechtsonder in beeld de camping Medas.
In Porto houdt het op voor de Douro rivier. Vanaf de Picos de Urbion in Spanje mondt hij na 897 km uit in de Atlantische Oceaan. Het is zonder meer een aanrader om deze rivier in zijn geheel te volgen. Wat een mooi traject.
Vanuit Porto heb ik een stukje kustlijn gevolgd naar Agucadoura. Achter de duinenrij de Portugese versie van het Nederlandse Westland. Ook hier tuinbouw. Zei het op kleinere schaal.
Het plaatsje had ik 13 juli uitgekozen als slaapplek. Ik ga daar nu weer staan en misschien morgen nog het strandje pakken. Nu staat er wat te veel wind voor het mooie.
Woensdag 26 juli 2023
Vandaag starten we de dag met een paar uurtjes strand. Het kleurtje moet bijgehouden worden. Het is zeker nog niet warm te noemen. 17 graden bij een luchtvochtigheid van 87%. Daarbij, een strak NW windje. Weliswaar niet zo hard als gisteren maar toch merkbaar aanwezig. Dus na twee uurtjes had ik het wel gezien.
Ik ga de pelgrims route starten naar Santiago de Compostela. Vandaag de etappe naar Barcelos en Ponte de Lima over de N205, N204 en N203.
Het is niet verwonderlijk dat ik, zoals hier in Barqueiros, genoeg kerken
en kappelletjes tegenkom. Het verbaasd me wel dat in Portugal, Spanje ook trouwens, alle kapellen op slot zitten. En de kerken zijn voor het merendeel ook niet open. Dit in tegenstelling tot de route in Zuid Duitsland die ik gereden heb. Daar was alles, zelfs in het kleinste gehucht, open voor publiek en pelgrims.
Ik ben natuurlijk door mijn eerdere ervaring op de N15 en N222 behoorlijk verwend. Zodoende mag ik de routes eigenlijk niet met elkaar vergelijken. Het eerste deel van deze route is niet echt mooi te noemen. Dicht bevolkt, chaotisch en weinig wauw momentjes. Later, toen ik wat verder van de kust kwam, werd alles mooier.
In Ponte de Lima was het inmiddels 30 graden.
Dat in de smalle straatjes goed werd vastgehouden door de warmteafgifte van het steen.
Een bruisend stadje trouwens met leuke terrasjes en restaurants.
Rond 16.00 uur vond ik een perfect plekje langs de rio Lima.
Compleet met een klein privé strandje waar ik mooi de zonnebrandolie en het zweet van mijn lijf kon spoelen. De temperatuur is hier aanmerkelijk hoger dan pal aan de kust.
Donderdag 27 juli 2023.
De route gaat naar Tui vandaag. De tweede etappe van de tour naar Santiago de Compostela.
Google navigator heeft aardig moeite met het maken van onderscheid tussen verharde en onverharde wegen. Volgens mij maakt ze helemaal geen onderscheid. Ok, soms levert dat een verrassing op, zoals dit bordje Miradouro. En dat prikkelt weer mijn “alles voor de mooie foto” mentaliteit.
De Miradouro bleek te gaan om de Penedo do Castelo da Miranda. En wie dan een uitzicht vanaf een kasteel verwacht komt bedrogen uit. Het bleek om een immense rotspartij te gaan. Weliswaar zeer indrukwekkend. Dat wel.
Het uitzicht zelf was helaas gesluierd door laaghangende bewolking. En hier in de heuvels, die knap hoog zijn, zit je dan tegen mist aan te kijken.
Er weer uit geraken was wel een dingetje. Zolang de weg horizontaal liep was het nog wel te doen. Maar zodra de weg naar boven of beneden gaat is het andere koek. Je hebt dan te maken met watersporen die soms wel 30 cm diep waren. Naar beneden lukte het aardig. Beetje ontwijken, op de hoge wanden blijven en rustig blijven. Maar naar boven hadden mijn banden vaak geen grip door het fijne grind. Na uren rommelen en weggetjes uitproberen had ik eindelijk een weggetje gevonden dat ik kon uitrijden naar de verharde weg. Die grap kostte mij drieënhalf uur.
Ik zie het maar als een beetje tijd rekken. Want de brug over de rivier Mino was rap bereikt.
En dat betekent het einde van het Portugees hoofdstuk. Op 18 juni reed ik Portugal binnen. Na 1 maand en 9 dagen heb ik veel gezien. Leuke mensen gesproken en héél erg genoten. Voor nu ga ik het ontdekken van Spanje vervolgen. Maar ik kom zeker nog eens terug in Portugal.
Een mooie overnachtingsplek vond ik aan de Ecopista do Rio Minho. Hoog tijd om een maaltijd te bereiden. Het is inmiddels 18:00 uur.
Vrijdag 28 juli 2023
Wat een heerlijk plekje was dit. Ik heb zalig geslapen.
Alvorens door te reizen eerst het vestingstadje Valenca bekeken. Meer specifiek haar, 17e -eeuwse fortificaties en stadsmuren die het hele stadje omgeven. Toen ik het stadje wilde binnenrijden bleek dat in de 17e eeuw de paard en wagens blijkbaar smaller waren dan de hedendaagse Ducato’s. De poort was te smal. Het zou natuurlijk makkelijk zijn als ze dat van tevoren aan hadden gegeven. Daar zijn verkeersborden voor bedacht, zeker wanneer door de fortificaties er geen zicht is op de poort. Maar dat liet men gemakshalve na. Resultaat… keren, klooien en boze gezichten van wachtenden met ochtendhumeur. Zodoende heb ik het maar bij de buitenkant van het plaatsje gelaten.
Het volgende antieke stadje in de lijn naar Santiago de Compostela is Tui. Zekerheidshalve heb ik mijn auto maar buiten de stad geparkeerd.
Wat op zich, geen slecht plan was. Het oude deel van de stad is totaal niet op auto’s berekend.
De kathedraal, die hoog boven het stadje uittorent, is gebouwd in de 12 eeuw. Het stadje zelf is dus vele malen ouder.
Naast de kapel Misericordia kent Tui ook de Kapel van San Telmo. Het enige gebouw met een Portugese barok in Galicië. En een paar eeuwen jonger.
Het is duidelijk dat ik hier op de pelgrimsroute zit. Naast de verwijzingsborden en de vele wandelaars met zware rugzakken, kom je veel subtiele aanwijzingen tegen. Zoals hier de straatversiering.
Ik ben benieuwd hoe vol Santiago de Compostela zit met wandelaars en pelgrims. Ik kom er toch wel veel tegen momenteel. Zoals deze Ierse familie, die hun hele 2023 eraan besteden.
Langs de N550 kwam ik deze China megastore tegen. Ik kon het niet nalaten er doorheen te struinen. Zalig al die prul voor, bijna, niets.
Mijn bivak voor de komende nacht sla ik op langs de oever van de Enseada de Pineiro baai. Het is inmiddels een druilerige, regenachtige dag geworden. Geen harde regen zoals in andere delen van Europa, maar van de mieze regen. De vegetatie zal er dankbaar voor zijn. De droge grond kan het vocht zo netjes opnemen.
Zaterdag 29 juli 2023
Lang geslapen vandaag. Eigenlijk… lang in bed gebleven. Op zijn Nederlands gezegd, het is nog steeds zeikweer. Maar er gloort hoop.
In de pelgrimsroute lijn zou Pontevedra mijn volgende bestemming zijn. Ik wil, alvorens daarheen te gaan, linksaf slaan, richting zee. De noordwestelijke kust van Spanje loopt grillig. En niet zoals in België netjes in een bocht van Knokke naar De Panne. Dus ik stel de GPS in op Faro de Cabo. Een vuurtoren op de hoek van de baai van Vigo en de Atlantische Oceaan.
Vanuit een doorkijkje had ik een mooi zicht op de Ponte de Rande. Deze brug was, tijdens zijn inhuldiging in 1978, de langste tuibrug ter wereld. Wat trouwens ook een leuke bijkomstigheid is… de zon breekt door.
Vanaf dit punt had ik ook een mooi overzicht over de oesterkwekerijen. Ze deden mij een beetje denken aan de slagorde van de invasie-schepen voor de kust van Normandië.
Vanaf het noordwestelijke deel van Spanje heb je een mooi zicht op de Cies eilanden. De Romeinen noemden het destijds de eilanden van de goden, zo mooi schijnen ze te zijn met hun witte stranden, kristalheldere water en het vele groen.
Soms moet je in Spanje een beetje geluk hebben om een mooie plaat te kunnen schieten via een doorkijkje. Zoals hier op Porto de Chapella. Spanje heeft beduidend minder parkeer-stops en miradouros (uitkijkpunten) dan Portugal.
Mijn overnachtingsplek vond ik op de parking van Praia de Lourido. Nu nog druk met personenauto’s, maar als die eenmaal vertrokken zijn, blijven er misschien drie campertjes over.
En inderdaad, toen de zon onderging was de parking bijna leeg. Ik kon nog mooi deze sfeerplaat schieten van de baai.
Zondag 30 juli
We blijven nog even langs de kust rijden. Het is een grillige kust hier. Hij bestaat uit drie landtongen die uitsteken in zee. Eén landtong heeft zelfs nog een eiland aan zich geplakt dat bereikbaar is via een brug.
Het is nog heerlijk vroeg en het weer is kalm. Wat dit mooie plaatje opleverde van het eilandje Tambo, gezien vanaf de Peirao de Campelo.
De monding van Ria de Arosa, met zijn rotspartijen, gezien vanaf Praia do Barreirino.
De brug Ponte de Toxa, die het eiland De la Toja verbindt met de tweede landtong.
In het dorpje Dimo kon ik in de verte de brug Ponte Interprovincial de Catoire over de rivier Rio Ulla zien liggen.
De stranden op de derde landtong, hier bij Praia de Areeiro in Ribeira, deden me een beetje denken aan de Algarve, met zijn witte stranden en heldere water.
Op het uiterste puntje van deze derde landtong, kwam ik de vuurtoren Faro Corrubedo tegen. Aan de voet van deze in 1852 gebouwde toren zag ik een perfect plekje om te overnachten.
Met dit als voortuin leek me dat geen slechte plek.
Mocht iemand nu denken dat ik wel héél veel afgeweken ben van de pelgrimsroute… niets is minder waar. Er zijn duizend wegen die naar Rome leiden. Zo ook naar Santiago de Compostela. Dit bordje vond ik aan de voet van de vuurtoren.
Reacties
Een reactie posten