Week 3: Van Manresa naar Moclin
Maandag 22 mei 2023
Rond half zeven wakker. Ik mag zeggen dat ik geslapen heb als een os, zo midden in het bos. De nachtrust was beduidend beter dan het weer. Zeventien graden, bewolkt met miezerregen En voor zover ik het kan beoordelen op de satellietbeelden, geldt dat voor een groot deel van Zuid- Europa. Ok, het zijn geen Italiaanse toestanden, dus geen ramp. Maar volle bak zon mag inmiddels ook wel.
Op mijn lijstje staan het uiterste zuid en het uiterste westpunt van het Europese vasteland. Dus, voor het zuidelijkste, moeten we richting Gibraltar. De kustroute ga ik niet nemen. Ik woon aan de kust, dus ben ik wat uitgekeken op de zee. Ik heb binnendoor gekozen. Dus, Lleida, Zaragoza en dan binnendoor, via het platteland en natuurpark, richting Cuenca.
Persoonlijk vind ik deze route, tot op heden, wat dor en droog. Het lijkt een beetje op een grote steengroeve.
Wat hier en daar natuurlijk, best nog wel leuke plekjes laat passeren.
En als je de moeite neemt even een afslag te nemen dan kom je dit soort kerken tegen. Zoals de Iglesia San Miguel Arcángel en Villafranca de Ebro. Deze in barokstijl gebouwde kerk is uit de 17e eeuw en was de kapel van het paleis. Dat paleis bestaat niet meer. Er rest niet meer dan een ruïne. Ik heb hem enkel niet kunnen ontdekken.
Na een bezoek aan de Mercadona van la Muela, waar we voor een kleine zesendertig eurootjes, de koelkast weer hebben kunnen vullen, zo langzaamaan eens gaan zoeken naar een slaapplekje dat ik, ergens ver weg van de bebouwing, vond naast dit pelgrims kerkje ergens aan de A1503.
Met dit uitzicht ben ik een tevreden reiziger.
Dinsdag 23 mei 2023
Zeven uur, Reveille. Zwaar bewolkt, tegen het regenachtige aan. Zeventien graden. Om half negen aan de koffie en zowaar… de zon breekt door. Tijd om op pad te gaan. De uiteindelijke route gaat richting Gibraltar. Niet via de snelweg, maar binnendoor.
Waar oude dorpjes door nieuwe infrastructuur bereikbaar worden gemaakt.
Over slingerende bergwegen,
Waar de bewoners van vroeger al jaren geleden vertrokken zijn.
Zo rijden we langs de kronkelende stromende rivier Jalón.
Langs bruggen,
En langs plekken met zalige vergezichten die me heel sterk aan het zuiden van Duitsland deden denken. Maar dan minder hoog. Hier zat ik op nog geen 900 meter, terwijl ik in Zuid Duitsland en Oostenrijk, voor dergelijke plaatjes, gauw op het dubbele aan hoogte zit.
De hoogste pas die deze rit me deed aanbelanden was de Campanile. 1100 meter volgens opgave van het bord.
Ik moet zeggen dat Spanje, na het eerste deel, dat aan een grote steengroeve deed denken, me nu verraste. Vijfenveertig zalige minuten over de CV601 en de A2501, is echt een aanrader voor mensen die niet al te bang zijn uitgevallen. De weggetjes zijn aardig smal en het is niet aan te raden om over je rechter lijntje te gaan, want het talud duikt direct dertig centimeter naar beneden. Daarnaast kunnen de mensen met de grote glampers het ook vergeten. Een tunnel van net drie meter hoogte kwam ik halverwege tegen. En keren is geen optie.
Na uren sturen kwam ik dit mooie plekje tegen.
Pal naast een kraak helder stromend riviertje. Dus het leek me de perfecte overnachtingspot.
Meestal als ik ergens ga staan probeer ik wat onderzoek te doen naar zo’n plek. Over veel plekjes is wel een review te vinden. Zo wist men over deze plek te vertellen dat de boswachters graag boetes uitschrijven aan wildkampeerders. 600 euro. Kassa.
Inpakken en wegwezen maatje!!
Na een uurtje sturen stuitte ik op deze plek. Aan de rand van Cañaveras. De recensies op ParcForNight lieten zien dat er al veel mensen, rustig en zonder problemen, overnacht hadden.
Woensdag 24 mei 2023
Ik ben er vroeg bij vandaag. Om zes uur al zo wakker als wakker zijn kan.
Vandaag wil ik de route doen over de N320,via Cuenca naar iets dat langs de weg naar Gibraltar ligt. Met andere woorden… nog geen echt plan waar te overnachten.
De hele route was niet echt bijzonder. Hij liep over de N320, N420 en N310. Zo’n beetje. Net als op de eerste dag. Veel droge akkers, jonge wijn aanplant afgewisseld met keurig in gelid staande olijfboompjes. Saai tot op het bot. Daarnaast werd ik achtervolgt door donkere wolken uit het oosten. Ik bevond me, zolang ik bleef doorrijden, steeds in zo’n schapenwolkengebied afgewisseld met zon dus.
Zo bleef ik dus rijden als een ezel die achter een wortel aan een hengel aanloopt. Akkers met heel sporadisch een restaurant met vieze parkeerplaats. That’s it.
In Manzanares maar bij het plaatselijke sportcomplex gaan staan. Het leek me een aardige plek. Naast het beoefenen van alle denkbare sporten heeft het complex ook een zwembad. En dus ook douches. Volgens internet info zou dat twee euro kosten dus… Maar helaas. Zwembad gesloten in verband met renovatie.
Donderdag 25 mei 2023
Acht uur heit de klok. De klok heit acht. Veertien graden. Dus in mijn leger slaapzak begon het al warm te worden. Tijd om uit bed te gaan. Heerlijk geslapen, en bye the way… leuk dat jullie er weer bij zijn.
Het was een rustige nachtrust. En dat voor een plekkie dat zich, voor de verandering, niet in de middle of nowhere bevond. Tot negen uur in de avond waren de voetballende jongeren hoorbaar, maar toen het complex dicht ging was het stil.
Vandaag maar eens voor de verandering niet meteen gaan autorijden, maar de stad ingelopen. Het wordt tijd dat ik weer eens wat fysieke inspanning ga doen. De tien kilometer per dag zijn er een beetje bij ingeschoten terwijl, zo af en toe, een pint en wat zoutjes, de kilootjes laten oplopen.
Het winkelstraatje in het centrum,
gemeentehuis,
en kerk zijn zo’n beetje de standaard blikvangers.
Maar ook het stadspark met tientallen Pauwen dat,
verbazingwekkend goed onderhouden wordt, moet je lekker op je laten inwerken. Het viel me trouwens best op dat de stad Manzanares bijzonder schoon is. Je ziet overal straatvegers. Ik heb een beetje het idee, dat iedereen zonder baan hier een straat toegewezen krijgt, en zo, om als een service publico, in zijn onderhoud voorziet. Maar misschien zit ik er wel helemaal naast. En zijn de lonen hier gewoon betaalbaar.
Genoeg gelopen. Tijd om verder te trekken richting zuid.
Het eerste stuk leidde mij over de A4. Een oersaaie snelweg. Dus ik heb, na verloop van tijd, Google maar de opdracht gegeven snelwegen te mijden. Dat levert soms verrassingen op. Want een tunneltje zonder hoogteaanduiding blijft met een camper altijd een tricky dingetje. Maar zolang het niet lager is dan 2.6 meter gaat het goed. Althans… voor mij.
De route achter het tunneltje bracht mij via de N iva, Pass de Despeñaperros en JA7100 langs mooie uitkijkpunten
en dat levert leuke plaatjes op van,
bijvoorbeeld de ruïnes, waar vroeger hele gezinnen werden grootgebracht. De kinderen zullen er wel geen heil in gezien hebben het allemaal in stand te houden. Of, ze zijn misschien wel door de overheid uitgekocht. Het betreft hier momenteel een natuurgebied.
Fotogeniek is het in ieder geval.
Ik zit inmiddels in Andalusië. Twee kilometer buiten het dorpje La Carolina (Jaén), reed ik deze verlaten mijn-site op. Een overblijfsel van de mijnen La Rosa en El Manto. De perfecte spot voor mij. Met een temperatuur van 31 graden dus warm te noemen.
Vrijdag 26 mei 2023
Een slechte nachtrust achter de rug. Aan het plekje mankeerde het niet. Dat was rustig genoeg. Nee… het heeft de hele nacht geregend. En, ondanks dat het campertje goed geïsoleerd is en het dak van antidreunplaten is voorzien, blijft het toch een blikken koektrommel waar de regen lekker op klettert. Daarnaast ben ik, met langdurende buien, er altijd op beducht dat je in de ochtend met natte voeten wakker wordt. Water doet rare dingen in de bergen. Zeker als het lange tijd droog geweest is en je in een dalletje zit.
Ik wil vandaag eerst een shoppingcentrum passeren. De ijskast begint leeg te raken. Zo op Google maps te zien zou ik in Limares aardig moeten slagen. En jawel… voor nog geen 35 euro zit de ijskast weer voor vijf dagen vol. Vol was het trouwens ook in de winkels en druk in de stad. Iedereen is gauw zijn boodschapjes aan het binnenhalen voor het verlengde Pinksterweekend.
De volgende plaats die ik ga aandoen is Jaén. Daar zit een Norauto. De Spaanse Auto5. Mijn potkrik gaat eigenlijk maar tot 2.5 ton en mijn camper weegt 3, dus ik dacht dat het geen slecht idee zou zijn om te upgraden.
Het is inmiddels een bloedverziekende 33 graden.
Ik moet wel zeggen dat het een raar weerbeeld is hier. Zo vallen de mussen van de daken en zo schuift er een gitzwarte wolk voor de zon. Wat wel weer even lekker verkoelend is. Dat wel.
Vanuit Jaël ben ik de JA-2200 voor een deel afgereden. Dat levert mooie vergezichten op.
En fotogenieke plaatjes in dit, grotendeels, niemandsland.
Op ParkForNight had ik een kalme picknick parking gezien die me wel wat leek. Ergens, diep verscholen in het groen.
Het eerste stuk was nog redelijk begaanbaar. Zolang je jezelf maar “niet” aan de snelheidsborden houdt. Het advies was 50!. Mijn advies is 30!! Maximaal.
Naast “geen” haast helpt het ook wanneer je niet vies bent van een gokje. Van deze stenen lagen er, niet te tellen hoeveel, op een stuk van een paar kilometers. Zolang ze achter je terecht komen, ok. Maar boven op je dure dakluiken, geeft niet echt een vakantiegevoel.
Het ParkForNight plekje bleek niet mijn ding. Rustig en van god verlaten. Dat wel. Maar totaal geen GSM netwerk te ontvangen.
Dus negen kilometer grindweg maar weer terug gereden om, via een andere grindroute, langs een stuwmeer te rijden. Ik dacht nog even aan een lekker badje maar, helaas, het was een drinkwater stuwmeer. En dus verboden toegang.
Uiteindelijk maar verder omhoog gereden. Via weggetjes, die, eerlijk gezegd, enkel maar voor 4x4 bedoeld zijn, op een plekje terechtgekomen met een adembenemend uitzicht en een perfect vlak plaatsje om de nacht door te kunnen brengen. Met GSM en internet bereik op de koop toe.
Terwijl ik deze Blog zit te typen valt het mij op dat dit wel de stilste spot is die ik ooit ben tegengekomen. Normaal hoor je altijd wel in de verte iets van de mensheid. Is het geen auto of trein dan zijn het wel geluidsverziekende motorzagen. Maar hier… niets van dat al. De ideale locatie om met een kamillethee helemaal tot jezelf te komen. Zoiets zal Mozes geïnspireerd hebben zijn tien geboden geschreven te hebben. Ik hou het wel bij de Blog. Ben je nu blij?
Zaterdag 27 mei 2023
Met pijn in het hart afscheid genomen van dit plekje. Pareltjes ben ik al vaker tegengekomen maar dit pareltje glom als een hondenpiemeltje in de maneschijn.
Het was me anders een nachtje wel. Uren onweer. En niet van die kleintjes. Ik moet zeggen dat het wel een spectaculair gezicht was. Maar de slaap is er wel een beetje bij ingeschoten.
Ik zag bordjes met “monument natural”. Geen flauw idee wat er te zien valt maar, ik heb eerlijk gezegd ook geen flauw idee hoe ik uit dit gebied kom zonder terug te rijden. En ik rij liever voorwaarts. Gisteren heb ik al gezien. En bordjes volgen is misschien slimmer dan op Google te vertrouwen. Het zijn eigenlijk geen echte wegen, al staan ze (nog net) wel opgetekend op Google maps.
Aangekomen bij het Monument Natural kon ik uit de beschrijving opmaken dat hier vroeger, voordat er olie en gas was, houtskool werd gewonnen. Maar, buiten deze hele dikke oude boom, kon ik niets zien dat ook maar enigszins op een monument leek. Tijd om af te trappen dus.
Dat is natuurlijk makkelijker gezegd dan gedaan. Zo ergens tussen dat groen bevond ik mij dus. Geen wegwijzers, geen GSM verbinding en enkel grindweggetjes.
En of de grindweggetjes al niet smal genoeg waren, kon het nog smaller. En je wilt niet te dicht in de buurt van de kant komen, want als de grond, door de nattigheid van vannacht, gaat schuiven, lig je op zijn kant. En geloof me… twee meter naar beneden rollen is “geen” aanlokkelijke gedachte.
Schuiven, dat deed ik dus enige tijd later op deze piste bij het naar boven rijden. Resultaat…muurvast. Althans naar boven toe. Door de blubber ging ik wel langzaam achterwaarts, waardoor mijn wagen steeds meer uit het lood kwam te staan. Zo schuin dat ik besloot hem gecontroleerd tegen een rotsblok aan te rijden, zodat ik een plan de campagne kan maken hoe ik hieruit geraak. Na uren klooien kreeg ik de wagen niet in het juiste spoor. Wel leek het erop dat hij bij elke poging nog schuiner ging staan. Dus ik zat hem nu toch wel te knijpen als een oude dief.
Tot overmaat van ramp geen GSM bereik. Dus het noodnummer kon ik ook niet bellen. Dus wat is wijsheid… lopen totdat je bereik hebt. Maar na twee kilometer opwaarts gelopen te hebben, had ik nog steeds geen bereik. Dus ben ik maar weer terug gegaan.
Na zeker vijf uur rommelen en zweten en gaten opvullen, kreeg ik de wagen beetje bij beetje recht en vooruit. Elke keer tien centimeter. Maar ok. Tien maal tien is ook een meter, dus ik boekte vooruitgang. En zo zwoegden mijn campertje en ik ons uit de bagger.
Na nog eens 21 kilometer grindweggetjes kwam ik dan eindelijk bij iets van beschaving aan.
Van hieruit was het nog zo’n 18 kilometer rijden, over een echte weg, naar een camperplaats waar ik iets na 20.00 uur aankwam. Een latertje dus. Ik heb dus maar een paar pinten open getrokken en rond 23.00 uur lag ik, nog vol met adrenaline, in mijn kooi.
Zondag 28 mei 2023
Om 03.00 uur al wakker. De adrenaline kreeg ik maar niet uit mijn bloed. Ik heb maar een chocolade/koffie genomen en toch nog twee uurtjes kunnen pakken tot 06.00 uur. Aangezien de hele wagen, niet enkel van buiten, maar ook van binnen, onder de bagger zat, ben ik eerst maar een grote schoonmaak gaan houden. Althans van binnen dan. Voor de buitenkant kom ik wel ergens een autowasserette tegen.
Tevens de schade opgenomen. Al met al valt die mee. Enkel een plastic hoekstuk en de achterbumper cover. Een makkie om te repareren. Wie weet kom ik nog wel een sloperij tegen. Anders bestel ik ze via autodoc.be in Polen. Maar dat is meer iets voor als ik weer thuis ben. Er zijn geen structurele dingen defect. Dus ik kan gewoon de reis voortzetten.
Rond 11:30 uur vond ik het wagentje weer proper genoeg van binnen. Via de A6050, JA4302 en A403 reed ik de provincie Granada binnen met zijn mooie stuwmeer Embalse de Colomera.
Het weer is echt nog een dingetje hier. Zo schijnt de zon hevig en is het heet, en zo is het zwaar bewolkt en is het fris. Maar ok. De mensen zullen niet klagen want naar het stuwmeer loopt normaal een rivier van, pak hem beet, twintig meter breed. Nou, ik zal je vertellen… die was misschien net een meter breed. Dus iedereen hier zal graag wat plensbuien willen.
Voor de slaapplek heb ik gekozen voor de gemeente Moclin.
Daar heb ik een heerlijk plekje gevonden tussen een kerkje en het postkantoor. Straks het stadje eens verkennen. Ik zag al wat barretjes, restaurantjes en de overblijfselen van een kasteel.
Reacties
Een reactie posten