2025-09-18 Litouwen: - Richting Zuidoosten - Grens Belarus - Rezy
Donderdag 18 september 2025
Het heeft vannacht bij tijd en wijlen geregend. Zodoende een paar maal
wakker geworden door het gekletter op het metalen dak. Ik ben dus maar
even lekker lang op bed blijven liggen.
Na voldoende moed verzameld te hebben ben ik mezelf gaan opfrissen in
het meertje. Ik moet zeggen dat het water niet al te koud was. Laten we het
op aangenaam fris houden. Al met al ben ik weer fris en fruitig.
Bij de eerste gelegenheid heb ik de Duc ook maar meteen afgespoten. Niet
met een heel programma maar met stap 5. Het gedemineraliseerde water.
Het was maar om het zand en de modder eraf te spuiten.
Vandaag rij ik naar de grens met Belarus. Wit Rusland, de grote
Vazal van Rusland dus. Ik heb mijn zinnen gezet om een uniek stukje
Litouwen te gaan binnen rijden. Het is een gebied dat als een soort
Fibroom net buiten Litouwen ligt. Met het steeltje van de Fibroom
als smalle corridor.
Het gebied hier doet qua wegen denken aan Wallonië. Man man wat zijn
ze slecht. Het uitzicht is meer als van de Eifel. Glooiend, soms zelfs heuvelachtig.
Dus 1 op 12 zal de Duc niet gelopen hebben vandaag. Het verbruik zal rond de
1 op 10 liggen, zo schat ik in. Maar het uitzicht mocht er zijn.
Wat me trouwens wel opvalt in Litouwen, zijn de hoeveelheid camera’s die
de overheid in gebruik heeft. Niet normaal veel, om eerlijk te zijn. Het begint
mij inmiddels een beetje te benauwen en voelt aan of er binnen justitie en
binnenlandse zaken nog een sterke Sovjet kliek het voor het zeggen heeft.
In Turgeliai passeerde ik de Kerk van de Tenhemelopneming van
de Maagd Maria.
Turgeliai (Merkinė Minor) wordt voor het eerst genoemd aan het einde
van de 15e eeuw. Men denkt dat de naam van het dorp Turgeliai afkomstig
is van de marktdagen die hier vroeger werden gehouden (Turgeliai betekent
'kleine markten' in het Litouws). In de 20e eeuw was het dorp in de omliggende
gebieden beroemd om zijn markten, waar landbouwproducten, graan,
levensmiddelen en machines werden verkocht.
De trots van het dorp is de Kerk van de Tenhemelopneming van de Maagd Maria.
In 1789 schonk Povilas Ksaveras Bžostovskis, de president van de Republiek
Paulava, 20.000 Litouwse auksinas (valuta) voor de bouw van een bakstenen kerk.
De bakstenen kerk werd gebouwd tussen 1836 en 1837. Het was een eenbeukige
kerk zonder toren.
Bij het binnenrijden van de corridor mocht ik zowaar doorrijden. Weliswaar
moest ik op de terugreis uit deze Litouwse pukkel mijn achterdeuren openen.
De grenswachter kende waarschijnlijk enkel maar het woordje “open” in het
Engels. Maar goed… het bleef daarbij. Geen oeverloos getuur op ID kaarten
en autodocumenten. Dus het viel nog mee.
Ik noemde dit stukje Litouwen dan wel neerbuigend Pukkel, maar het is
weliswaar best een mooi stukje. De wegen zijn dan wel slecht, maar het
landschap is wonderschoon.
In het Dieveniskiu Istorinis regionaal park staat deze Stakai-eik. Een
beschermd natuurerfgoed. Hij werd in 2002 opgenomen in de lijst van
beschermde natuurobjecten.
De omtrek van de eik is 4,90 m, de diameter is ongeveer 1,6 m en de hoogte is 24 m.
Volgens ruwe schattingen is de Stakai-eik ongeveer 1000 jaar oud.
Iets voorbij de eik zag ik dit kruis. Google kon gelukkig een verhaal
bij het plaatje zetten.
Volgens de herinneringen van de dorpelingen van Stakai kwam de
maker van het metalen kruis van Stakai – Francišek Andruškevič –
uit Wit-Rusland, uit het dorp Andreikiškių, gelegen nabij de stad
Graužiškių. Een voormalige smid, gehandicapt (één been korter),
was een zeer vroom man. In de periode dat er geen priester was,
voerde F. Andruškevič christelijke rituelen uit in de voormalige kapel.
Hij kende de rozenkrans goed, dus kwamen de dorpelingen regelmatig
bij hem thuis tijdens de meivakantie. Men herinnert zich nog goed dat de
maker van het kruis, tijdens het maken ervan, zei: "Ik zal sterven, maar
het kruis zal blijven, het zal me aan mezelf herinneren". Voorheen stond
er op de plaats van het metalen kruis een houten kruis. Tijdens de Tweede
Wereldoorlog "hakten de Russen het om". Dit maakte F. Andruškevič erg
boos. Toen besloot hij een metalen kruis te maken (lassen), dat "de Russen
niet meer zullen offeren". Volgens getuigen is het materiaal waarvan het kruis
gemaakt is, een deel van het gevonden pantser.
De grafheuvel van Bėčionys bevindt zich in een talud van een beek van
Gauja die 15 tot 17 meter hoog is, terwijl de locatie zelf ongeveer 20 x 40
meter groot is. Halverwege de 20e eeuw waren er aan de zuidkant van
de voet van de grafheuvel nog steeds tekenen van een culturele laag van
een nederzetting zichtbaar. Er werd zowel streepjes- als glad aardewerk
ontdekt.
Bezoekers beklimmen de grafheuvel via de houten trap, een
observatieplatform met een prachtig uitzicht op de omgeving.
Ik ben nog even doorgereden naar het uiterste oostpunt van dit
gebied. Maar besloot om niet het zandweggetje verder te volgen.
Er was een stukje naast de asfaltweg dat rakelings langs de grens liep met
een prachtig zicht op de grenspaaltjes.
Het is inmiddels vijf uur in de middag. Ik ben weliswaar pas laat gaan rijden,
dus zo’n zware trip heb ik ook weer niet achter de rug, maar de honger begint te
knagen. Dus ik ben bij dit verlaten en wat gedateerde picknickplekje gestopt.
Het is weer mooi geweest voor vandaag.
Reacties
Een reactie posten